Toen God op het punt stond om Zijn volk uit de slavernij van Egypte te leiden, openbaarde Hij Zichzelf aan Mozes vanuit een brandende doornstruik. Mozes verbaasde zich erover dat de doornstruik ‘brandde in het vuur’ en tegelijkertijd niet vérbrandde of verteerde. Deze geschiedenis heeft een bijzondere en bemoedigende betekenis.

Op het moment dat God Zich hier openbaart aan Mozes, zit het volk Israël nog helemaal verstrikt in de slavernij. Het was een verschrikkelijke situatie. Zij schreeuwden het uit vanwege de slavenarbeid, zo staat er in Exodus 2:23. Het is daarom niet verwonderlijk dat de Bijbel deze periode in Egypte beschrijft als een vurige oven voor Zijn volk. In drie teksten (Deut. 4:20, 1 Kon 8:51, Jer. 11:4) wordt gezegd dat God hen bevrijdde uit de ijzeroven van Egypte.

Bijzonder is het daarom dat, terwijl het volk Israël zich nog in de hitte van het vuur bevindt, God Zichzelf laat zien in het vuur. Hij zegt daarmee: Ik ben erbij. Ik ga jullie verlossen uit het vuur, maar ik ben er ook bij als jullie er nog in zitten. 

Vanuit deze brandende doornstruik spreekt God. Hij zegt tegen Mozes dat Hij het hulpgeroep van de Israëlieten gehoord heeft. En dan staat er een heel mooi zinnetje: ‘Ik ken hun leed.’ (Ex. 3:7) Wat een grote troost is dat. Ook voor ons. Wanneer wij door periodes van beproeving en loutering gaan, dwars door het vuur, kent God ons leed precies. Waarom? Omdat Hij Zelf in het vuur is.

Het woordje dat hier vertaald is met ‘leed’, is hetzelfde woord dat wordt gebruikt in Jesaja 53:3, waar de Messias de ‘man van smarten’ (leed) wordt genoemd. En dan komen we bij het hart van het evangelie. Omdat Jezus in het vuur gegaan is toen Hij Zichzelf offerde, kan Hij volledig meelijden met hen die zich in het vuur bevinden. Hij is die Man van smarten. Hij kent ons leed en heeft ons leed gedragen, zegt Jesaja 53:4. Hij is ook bij machte om ons daaruit te verlossen, want Hem is gegeven alle macht in hemel en op aarde.

God heeft Zijn volk geweldige beloftes gegeven: ‘Wanneer u zult gaan door het vuur, zult U niet verbranden. Geen vlam zal u aansteken.’ (Jes. 43:2) Maar ook: ‘Roep mij aan in de dag van de benauwdheid en Ik zal U eruit helpen.’ Hij zal uiteindelijk verlossen uit het vuur. 

Maar wanneer dan? ‘Gods redding komt helemaal niet!’ Dat kan onze reactie zijn als we al zolang roepen. Mozes had precies eenzelfde reactie nadat Hij voor de eerste keer naar de Farao was gegaan. “U hebt uw volk helemaal niet gered!”(Ex. 5:23b) Mozes had gedacht dat, nadat hij bij de farao zou zijn geweest, ze gelijk konden vertrekken. Maar in plaats daarvan leek alles fout te lopen. De farao liet het volk alleen nog maar harder werken. Toch was God niet teruggekomen op Zijn plan. Zijn timing was anders, het duurde iets langer, maar Hij was al bezig met de bevrijding. Soms moeten we in geduld en in geloof blijven volharden in het vuur, totdat God ons eruit redt. Hij zal Zijn beloftes altijd vervullen. ‘Mijn tijden zijn in Uw hand’, zo staat er in de Psalmen. En dat geldt ook voor de periodes van beproeving en loutering. Corrie Ten Boom zei eens tegen zichzelf toen ze in de cel zat: “Ik zit hier geen seconde langer dan God wil”.

Een ander aspect van het vuur is dat we daar vaak de grootste en diepste openbaringen krijgen van God. Dat zien we ook bij de brandende braambos. God openbaart Zijn Naam daar aan Mozes, de ‘Ik ben’ en dat is misschien wel één van de grootste openbaringen in de Bijbel, zo niet de grootste. In het vuur van de beproeving worden we afhankelijk gemaakt van Hem, wordt onze dorst naar Hem groter en dan kan Hij júist veel van Zichzelf openbaren aan ons. Net als bij de vrienden van Daniël die in de vurige oven werden geworpen en daar opeens een engel verscheen. Gods kracht en aanwezigheid werd meer zichtbaar dan ooit en uiteindelijk werden ze ook nog uit het vuur verlost.

Gods volk werd geboren vanuit het vuur van Egypte en ook in onze tijd is de staat Israël weer geboren vanuit het vuur van de verschrikkelijke holocaust. Laat er ook in het vuur van jouw verdrukking verwachting zijn dat God een hoopvolle toekomst aan het bewerken is. Het enige wat wij moeten doen, is vertrouwen en naar Zijn stem leren luisteren.